8.00 uur – in Casa Veni vidi Venray
om te werken aan het verslag van de eerste dag
10.00 uur – centrumwandeling. Getroffen door de grote hoeveelheid niet van vlees en bloed en niet versteend zijnde driedimensionale mannenfiguren in de openbare ruimte aldaar. En door het ontbreken van niet van vlees en bloed en niet versteend zijnde driedimensionale vrouwenfiguren in diezelfde openbare ruimte.
11.15 uur – onderweg naar Omroep Venray voor een radio-interview over Veni vidi Venray. Omdat ik te vroeg ben fiets ik door het gebied tussen Langeweg en Westsingel. Wekt, zoals zoveel hier, herinneringen aan m’n middelbare schooltijd. Augustus 1977, brugklas, eerste of tweede schooldag. Vossenjacht, in het gebied tussen Langeweg en Westsingel. Vreselijk, totaal niet op m’n gemak, me geen houding weten te geven. Wat de daaropvolgende zes jaar min of meer zo zou blijven, in het bijzonder bij buitenschoolse activiteiten. Vandaag valt er hier meer te lachen, bijvoorbeeld om de blik in de ogen van dit mormel dat bevreesd lijkt te zijn dat ie ervan langs krijgt van z’n baasje omdat ie niet overtuigend genoeg ‘Ik zit er mee in mijn maag!’ heeft gezegd. Als het beestje een beetje karakter had, zou het trouwens weigeren zo’n infantiele tekst uit te spreken.
10.00 uur – centrumwandeling. Getroffen door de grote hoeveelheid niet van vlees en bloed en niet versteend zijnde driedimensionale mannenfiguren in de openbare ruimte aldaar. En door het ontbreken van niet van vlees en bloed en niet versteend zijnde driedimensionale vrouwenfiguren in diezelfde openbare ruimte.
11.15 uur – onderweg naar Omroep Venray voor een radio-interview over Veni vidi Venray. Omdat ik te vroeg ben fiets ik door het gebied tussen Langeweg en Westsingel. Wekt, zoals zoveel hier, herinneringen aan m’n middelbare schooltijd. Augustus 1977, brugklas, eerste of tweede schooldag. Vossenjacht, in het gebied tussen Langeweg en Westsingel. Vreselijk, totaal niet op m’n gemak, me geen houding weten te geven. Wat de daaropvolgende zes jaar min of meer zo zou blijven, in het bijzonder bij buitenschoolse activiteiten. Vandaag valt er hier meer te lachen, bijvoorbeeld om de blik in de ogen van dit mormel dat bevreesd lijkt te zijn dat ie ervan langs krijgt van z’n baasje omdat ie niet overtuigend genoeg ‘Ik zit er mee in mijn maag!’ heeft gezegd. Als het beestje een beetje karakter had, zou het trouwens weigeren zo’n infantiele tekst uit te spreken.
13.45 uur – de eerste twee bezoekers in Casa Veni vidi Venray! Mart en Jacqueline. Uit Horst. Ook Jacqueline had op de fiets onderweg naar het Boschveldcollege altijd, elke dag, zowel op heen- als terugweg wind tegen. Zou toch eens wetenschappelijk onderzoek moeten worden verricht naar dit bijzondere natuurfenomeen. Gevraagd naar de verschillen tussen Venray en Horst aan de Maas zegt Mart: ‘Heel simpel: Horst is een groot dorp, Venray een kleine stad.’ Ze hebben allerlei tips om bezoekers naar m’n stulpje te lokken, maar het lokken van bezoekers naar mijn activiteiten is niet een van mijn grootste kwaliteiten. Misschien ook wel niet een van mijn grootste ambities. En dus blijft het stil nadat Mart en Jacqueline weer zijn vertrokken. Wat me weer tijd biedt om te schrijven. En de resultaten daarvan te printen en aan de muur te bevestigen. En me godsgruwelijk te ergeren als blijkt dat twee velletjes die ik heb opgehangen niet precies op elkaar aansluiten.
18.00 uur – óp d’n aet (is dat ook Venrays?) bij Bert Albers. Om Venray beter te leren kennen, heb ik Venraynaren opgeroepen mij bij hen thuis uit te nodigen voor een maaltijd. Bert is een van de twee mensen die hebben gereageerd (reageren kan nog altijd). We hebben elkaar nooit eerder gesproken, al weten we wel zo’n beetje van elkaar wat we doen (Bert was onder meer journalist bij Dagblad De Limburger en werkt nu bij de gemeente Venray). We eten buiten. Salade, gevolgd door lasagnette. Dit laatste naar een recept van Rens Kroes. ‘De broer van …’, aldus Bert. Wereldvreemd als ik ben, weet ik natuurlijk weer niet van wie. Wat de lasagnette er overigens niet minder heerlijk op maakt.
We spreken uitvoerig over verschillen en overeenkomsten tussen Venray en Horst
aan de Maas. En zoeken naar verklaringen. De verschillen lijken vooral terug te
voeren op de komst van de psychiatrische instellingen naar Venray aan het begin
van de twintigste eeuw. Venray kreeg daardoor een heel andere
bevolkingssamenstelling dan Horst aan de Maas. Wat ertoe heeft geleid dat Venray
meer gewend is aan mensen van buiten, ‘import’. Bert is wel eens jaloers op de Horster
slagvaardigheid: ‘Jullie doen gewoon, wij hebben het er eerst nog eens over.’ Overigens
moeten we de verschillen ook weer niet overdrijven, aldus Bert. Ook de muziek, de
politiek en het buitengebied in beide gemeenten komen uitgebreid aan de orde.
Ik heb het gevoel dat we nog uren zouden kunnen doorpraten, maar plicht (de volgende
afspraak in Casa Veni vidi Venray)
roept. Bij mijn afscheid geeft Bert me Tussen
VIC en ik – 10 jaar ‘Over de Rooy’ – zijn gebundelde columns uit Dagblad De Limburger – cadeau. Dank,
Bert, voor het boek, voor de maaltijd en voor het gesprek!
Ik kan alleen maar oprecht hopen dat Jan ooit besluit ‘Het hemelse Jeruzalem’ te publiceren. Voor nu prijs ik me gelukkig dat ik getuige mocht zijn van de Erstaufführung.
Was inderdaad een bijzondere avond! Dank Jan en Wim.
BeantwoordenVerwijderen