7.15 uur – voor de eerste keer in deze acht dagen met opgestoken paraplu
richting Casa Veni Vidi Venray.
8.46 uur – Erik komt alvast voorbereidingen treffen voor vanavond, als hij Tekeningen Ordeningen Patronen, zijn
catalogus met recent werk, presenteert. Hij verklapt dat ie ook een performance
gaat doen. Gelukkig weet ik op het nippertje te voorkomen dat hij daarover
uitleg gaat verschaffen – zo blijft de spanning er voor mij inzitten. M’n
verwachtingspatroon is hoog.
9.30 uur – Kris Wijnands van Hallo Venray
komt langs voor een interview. Leuk gesprek, wel een aantal lastige (maar
logische) vragen. Wat het grootste verschil is tussen Venray en Horst aan de
Maas? Wat de grootste overeenkomst? Wat me hier het meest is opgevallen? Wat
een Horst-sweet-Horst-achtige manier van naar de wereld kijken precies is? In
de meeste gevallen moet ik Kris een eenduidig antwoord schuldig blijven. Het
zou ook van pretenties getuigen om te denken dat je Venray binnen een week zou
kunnen duiden – met Horst aan de Maas lukt me dat zelfs met een bagage van meer
dan vijftig jaar al nauwelijks. Bovendien ontbreekt me hier de rust en de tijd
om al m’n ervaringen te analyseren. Komt later wel, of misschien wel helemaal
niet. Heb er alle vertrouwen in dat Kris er niettemin een boeiend artikel van
zal weten te maken.
11.00 uur – maar weer eens een verkenningstocht door het buitengebied. Richting
Heide, Veulen, Leunen ditmaal. Felle wind tegen, regen, hagel, zonneschijn. En overal
stallen en andere bedrijfsgebouwen. En andere bedrijfsgebouwen en stallen. En
stallen en andere bedrijfsgebouwen. En overal stinkt het.
Zó deprimerend, die vervuiling en totale agrarische industrialisering, waarin
Venray niet verschilt van Horst aan de Maas. Ik word er helemaal moedeloos van.
Wanneer stopt dit ooit? Stopt het ooit? Of gaat het net zo lang door totdat het
complete buitengebied is vernacheld?
11.47 uur – aan het Volen in Heide fiets ik voorbij aan een paardenstal die –
dacht ik – ooit was genomineerd voor de Venrayse architectuurprijs. Zó
bijzonder vind ik ‘m nou ook weer niet. Eerder een gevalletje in het land der
blinden is eenoog koning.
12.23 uur – tal van kapelletjes en kruisen met kruisbeelden in deze omgeving.
De lengte van sommige lendendoeken doet vermoeden dat de gekruisigde heel wat
heeft te verbergen.
14.33 uur – een man en vrouw treden
Casa
Veni Vidi Venray binnen. ‘U bent een heel andere Wim Moorman dan ik had
gedacht’, zegt de vrouw. Ze had gehoopt haar voormalig collega (en míjn oom en
naamgenoot) hier aan te treffen. Die tegenvaller is ze snel te boven. We raken
in gesprek. Ze heet Marlies van Laarhoven, haar man Noud Kempen. Na eerst een
aantal jaren Horst wonen ze nu al sinds 1972 in Venray, tegenwoordig in
Landweert. Lange tijd met heel veel plezier, maar de laatste jaren zien ze de
wijk een beetje achteruitgaan. Ze zijn het niet helemaal met me eens dat Venray
misschien toch wel een stad is. We praten verder over mijn oom, over mijn ervaringen
hier, over de Mussenbuurt in Horst en over hun tijd in Horst, die ze als zeer
prettig hebben ervaren.
15.08 uur – Noud en Marlies zijn nauwelijks weg of een man komt binnen die
gebiologeerd het boekenkunstwerk (ik blijf het zo noemen) bekijkt. ‘Ik ben
verdomme m’n leesbril vergeten.’
Hij vraagt waar ik vandaan kom. ‘Oh, Horst! Ik heb ooit in de Mussenbuurt gewoond,
in de Vinkenstraat.’ Hij heeft in een grijs verleden op de kunstacademie
gezeten en is z’n interesse in kunst nooit kwijtgeraakt. Het werk aan de muur
van Erik bevalt hem. Hij blijkt filmliefhebber. Of ik Tarkovski ken? Ja.
Stalker ook? Nee, helaas niet.
Una giornata particolare dan? Ja! Eén
van mijn all-time favorieten! We blijven vervolgens een half uur aan de praat
over films, kunst, taal, z’n vriendin en zijn en mijn leven in het algemeen.
Ondertussen is ook de bezoekster van zondag voor wie ik het boek van Geronimo
Stilton uit de stapel heb gevist, weer even langsgekomen. Met een bakje
aardbeien van Jeuken uit Oostrum, om me nogmaals te bedanken. Ook de man die
verdomme z’n leesbril is vergeten krijgt van haar een bakje. Ik wil niet meer
weg uit Venray. Nooit meer.
17.00 uur – als tussendoortje fiets ik maar weer eens naar het
Sint-Annaterrein, m’n favoriete plek hier. Jeanny van Lieshout heeft me dinsdag
gewezen op twee kleine loodsen die ergens verscholen tussen de bomen staan. Of
het nu nissenhutten of romneyloodsen zijn (het verschil tussen de twee is me
ondanks diepgravend onderzoek nog steeds niet duidelijk) doet er niet toe: het
zijn twee juweeltjes. Sanne Aben, met wie ik vorig jaar in Meterik WaaRomney, een
eenmiddags kunstfestival in en om een romneyloods heb georganiseerd, is meteen
te vinden voor het idee hier een keer een mini WaaRomney op touw te zetten.
18.00 uur – Riny Creemers, eigenares (
landlady
vind ik eigenlijk mooier) van mijn b&b, heeft me uitgenodigd voor een
maaltijd. Riny woont alleen in het Henseniushuis sinds haar man Leo zes jaar
geleden plotseling overleed. Haar prachtig ingerichte woning met overal kunst
aan de muren draagt veel sporen van haar man. Leo was grafisch vormgever (en
nog veel meer). Hij is van grote betekenis geweest voor de ontwikkeling van
Venray in de afgelopen decennia op kunstzinnig en cultureel vlak, zo heb ik de
afgelopen week al uit tal van monden gehoord. Wat eten betreft heeft Riny flink
uitgepakt: knolselderijsoep en daarna gegratineerde knolselderijpuree met brie,
appelschijfjes en walnoten. Als toetje ijs met slagroom. Heerlijk!
We praten over mijn ervaringen hier, over Leo, over haar kinderen
(zoon Ruben is ook kunstenaar) en over hoe het is om precies tussen twee
koffieshops in te wonen (op zo nu en dan wat parkeerproblemen na helemaal niet
zo verkeerd). Daarna neemt Riny me mee naar het
Hol van de Leeuw. Dit is een
vorig jaar ingericht deel van het Henseniushuis waar je – ik citeer de
website –
‘kunt (samen-)werken, je ondernemerschap kunt ontplooien, nieuwe mensen kunt
ontmoeten, dingen kunt uitproberen en je creativiteit de ruimte kunt geven’. Ook
hier hangen de muren vol met kunstwerken, vooral van Ruben. In een aantal van
deze werken brengt hij een eerbetoon aan z’n vader.
Onder meer enkele van diens gedichten zijn erin verwerkt.
Het
Hol van de Leeuw: uniek en indrukwekkend. Omdat de boekpresentatie van Erik
inmiddels in aantocht is, neem ik weer afscheid van Riny, onder dankzegging
voor het diner.
20.00 uur –
Casa Veni vidi Venray is warempel
helemaal volgelopen voor de presentatie van
Tekeningen
Ordeningen Patronen. Ik ben zeer vereerd dat Erik (van Maarschalkerwaard), die
ik nu een kleine tien jaar ken, zijn catalogus met recent werk juist hier wil
presenteren. Het wordt een geweldige avond, maar dat wist ik al op voorhand. Op
zijn eigen onnavolgbare wijze maakt Erik van de presentatie een onvergetelijke performance,
waarbij hij een wankele stapel boeken een meter verplaatst, boek voor boek. Bij
elk boek dat hij in z’n handen neemt vertelt hij wat het voor hem heeft
betekend of hij wijdt er een anekdote aan.
Het onderste boek van de stapel is het eerste exemplaar van z’n catalogus. Erik
had het graag willen overhandigen aan de burgemeester van Venray of Horst aan
de Maas. Beide zijn vanwege andere verplichtingen helaas verhinderd. Wat Erik
op het typisch Erikiaanse idee heeft gebracht om onder de aanwezigen een
tombola te organiseren. De eigenaar van het winnende nummer mag het eerste
exemplaar in ontvangst nemen. En die winnaar is: Jan Duijf! (In dit geval de
Jan Duijf die tot vijf dagen geleden uitbater was van café Cambrinus in Horst.)
Waarna het nog lang niet zo zeer onrustig als wel gezellig blijft in
Casa Veni vidi Venray.